Uitgelicht: Bijzondere mijlpaal Milan van Ewijk in Friese Derby

Op 4 augustus 2018 debuteerde Milan van Ewijk in het shirt van ADO Den Haag op 18-jarige leeftijd in de Eredivisie, toen hij al 34 wedstrijden in de Tweede Divisie voor Excelsior Maassluis in de benen had. Na een korte, door Corona in het water gevallen, uitleenbeurt aan SC Cambuur in 2019 werd de rechtsback in 2020/21 vaste basisspeler bij ADO Den Haag en sindsdien miste hij nog slechts twee wedstrijden in de Eredivisie (1 voor ADO en 1 voor Heerenveen). Dit seizoen start Van Ewijk niet alleen alle wedstrijden, hij speelt ze ook allemaal uit waarmee hij één van de vijf veldspelers is die dit eredivisieseizoen nog geen speelminuut miste.

Honderd basisplaatsen in je eerste honderd eredivisieduels komt niet heel vaak voor. De laatste veldspeler voor Milan van Ewijk die dit presteerde was Jonas Svensson in 2020. Dat Van Ewijk dit als 22-jarige doet, maakt het nog een stuk unieker. Slechts elf spelers lukte het jonger om alle eerste honderd eredivisieduels in de basis te staan dan Van Ewijk nu is. Het overgrote deel van deze spelers deed dit in de jaren zestig. Bij deze elf spelers zitten enkele grote namen als Willy van der Kuijlen, Piet Keizer en Rob Rensenbrink. In de recente historie komt deze prestatie bijna niet meer voor. Marc Overmars was in 1994 de laatste jongere speler dan Van Ewijk die zijn eerste honderd eredivisieduels allemaal in de basis stond.

En dat Milan van Ewijk een belangrijke kracht is voor Heerenveen blijkt ook wel uit andere statistieken. Sinds de rechtsback bij de Friezen speelt maakte niemand meer geslaagde tackles in de Eredivisie en maakte alleen Ibrahim Sangaré meer intercepties in de competitie. Dit seizoen laat de Amsterdammer zich ook aanvallend gelden want slechts drie spelers gaven meer voorzetten uit open spel dan Van Ewijk deze jaargang.